diff --git a/lang/nl/help/workshop/analysisofassessments.html b/lang/nl/help/workshop/analysisofassessments.html
new file mode 100644
index 00000000000..3768c86dd4e
--- /dev/null
+++ b/lang/nl/help/workshop/analysisofassessments.html
@@ -0,0 +1,73 @@
+
Analyse van beoordelingen
+
+Deze analyse bekijkt zowel de beoordelingen van de voorbeeldtaken als de beoordelingen, gemaakt tijdens de
+fase "evaluatie door medeleerlingen" van de opdracht. Ze probeert de beste beoordelingen uit de pool van beoordelingen door leerlingen
+en leraar te halen. Deze "goede" beoordelingen worden dan gebruikt voor de berekening van het totaalcijfer.
+
+
+Deze analyse wordt best gedaan waneer er beoordelingen door een leraar beschikbaar zijn. Deze beoordelingen
+kunnen dienen als standaard waarmee de beoordelingen van de leerlingen vergeleken kunnen worden. De leraar
+hoeft niet elke voorbeeldtaak en elke inzending te beoordelne, maar voor een betrouwbare analyse is het
+beter om meer beoordelingen van de leraar te hebben dan het gemiddeld aantal beoordelingen per leerling. Hoe meer
+beoordelinge de leraar maakt, hoe meer vertrouwen hij mag hebben in het resultaat van de analyse.
+
+
+De analyse wordt gewoonlijk een aantal keer gedaan, elke keer met één if meer opties gewijzigd. De analyse wordt
+gecontroleerd door drie opties die bovenaan de pagina verschijnen.
+
+
+- De weging van beoordelingen door de leraar stelt het gewicht van de beoordelingen van de leraar, vergeleken
+met de beoordelingen van de leerlingen in het stadium van de foutenanalyse. Als de leraar zijn eigen puntenstrategie
+wil laten domineren over de manier waarop de leerlingen de inzendingen beoordelen, dan zou de leraar de beoordeler
+met de kleinste gemiddelde fout in de "Fouterntabel" moeten zijn. Als de leraar niet de eerste in de lijst
+is, dan wordt het gewicht van de beoordelingen van de leraar verhoogt tot de leraar de kleinste gemiddelde fout heeft.
+Dit zorgt er voor dat de beoordelingen van de leraar domineren en dat leerlingen die beoordelen zoals de leraar
+ook in het bovenste deel van de foutentabel staan. De leerlingen onderaan de tabel beoordelen op een totaal andere
+manier dan de leraar (en dan de leerlingen bovenaan de tabel). Hoe meer beoordelingen door de leraar er zijn, hoe
+waarschijnlijker het is dat deze optie niet nodig zal zijn om de leraar bovenaan de lijst te zetten. Merk op dat
+deze optie geen wegingsfactor geeft aan de beoordelingen door de leraar om te gebruiken bij de berekenig van
+de totaalcijfers. In die berekening heeft de beoordeling van de leraar hetzelfde gewicht als d beoordelingen van de
+leerlingen. Als een inzending van een leerling bijvoorbeeld 41% krijgt van de leraar en 45% en 55% van zijn
+medeleerlingen, dan wordt het totaalcijfer voor deze inzending (41% + 45% + 55%) / 3 = 47%.
+
+- De weging voor het quoteren van beoordelingen wordt gebruikt in de berekening van het totaalcijfer. Er wordt een
+eenvoudige formule gebruikt om de "Beoordelingsperformantie" van de leerling te berekenen. Het is de
+verhouding van de "goede" beoordelingen van de leerling tot het totaal aantal beoordelingen dat de leerling
+zou moeten gemaakt hebben. Als de opdracht bijvoorbeeld vraagt om 3 beoordelingen van de voorbeeldtaak te maken
+en 5 beoordelingen van inzendingen van medeleerlingen en de leerling maakt 7 beoordelingen, waarvan er 1 wordt genegeerd
+voor de analyse (zie hieronder), dan is zijn beoordelingsperformanteie (7 - 1) / 8, wat 75% geeft.
+Het eindcijfer voor de opdracht is een gewogen combintaie van deze beoordelingsperformantie en het cijfer, gegeven
+voor hun inzending (of het beste cijfer als ze meer dan één inzending gedaan hebben). Het cijfer voor de inzending
+krijgt altijd een gewicht 1. Als je deze instelling dus op 0,5 zet, dan zullen de twee cijfer samengevoegd worden in de
+verhouding 0,5/1 of 33% van de beoordelingsperformantie en 66% van het cijfer voor de inzending.
+- Het percentage van beoordelingen die genegeerd moeten worden, bepaalt het aantal beoordelingen die uitgesloten
+worden van de berekening van de totaalcijfers. Dit aantal kan in één of twee richtingen ingesteld worden.
+
- Als je er voor kiest de beoordelingsperformantie te berekenen, dan zou het kunnen gebeuren dat elke leerling,
+als ze al het werk dat ze toegewezen kregen beoordeeld hebben, het maximum cijfer halen (voor dit element) als er
+geen enkele beoordeling genegeerd werd. Als de leraar een redelijker gemiddeld cijfer wil krijgen, dan kan het instellen
+van deze optie op 30% er voor zorgen dat het gemiddelde van de beoordelingsperformantie op 70% ligt (als alle leerlingen
+alle beoordelingen gemaakt hebben die hen toegewezen zijn).
+- Als alternatief kan het aantal beoordelingen dat genegeerd moet worden zo gezet worden dat het overgebleven aantal
+goede beoordelingen het gemiddelde aantal fouten tot een redelijke waarde brengt. Dit zijn de percentages die je
+kunt vinden in de vierde kolom van de foutentabel. Je zou bijvoorbeeld kunnen bedenken dat de beoordelingen van alle
+leerlingen (gemiddeld) zou moeten liggen in een 20% spreiding. Dan moet de analyse een aantal keer herhaald worden
+terwijl het aantal te negeren beoordelingen aangepast wordt, tot de cijfers in deze kolom allemaal in tussen de gekozen
+limieten liggen.
+
+
+Naast de foutentabel toont de analyse ook de cijfers van alle beoordelingen en het eindcijfers dat de leerlingen
+krijgen. Deze tabel moet goed bekeken worden om te zien of de resultaten redelijk zijn. Vooral als veel beoordelingen
+genegeerd worden, dan zou het kunnen dat sommige inzendingen onbeoordeeld blijven en dan zal het eindcijfer van die leerling
+veel te laag zijn. Als er één of meer inzendingen niet beoordeeld zijn en de leraar wil het aantal genegeerde beoordelingen
+niet verlagen, dan moet de leraar deze inzendingen zelf beoordelen en daarna de analyse herhalen. Het is belangrijk
+dat alle inzendingen minstens één keer beoordeeld worden in het eindstadium van de analyse wanneer de totaalcijfers
+berekend worden.
+Er is een evenwicht tussen het aantal genegeerde beoordelingen en het totaalcijfer. Hoe meer beoordelingen er
+genegeerd zijn, hoe lagere de eindcijfers zullen zijn. Maar als zwakke beoordelingen niet genegeerd worden, dan
+zouden de leerlingen wel eens kunnen klagen over de kwaliteit van de beoordelingen die het cijfer van hun werk
+bepalen. Er van uitgaande dat er genoeg beoordelingen door de leraar zijn om de analyse te domineren zonder te veel
+te forceren, is het redelijk om tussen de 15% en de 30% van de beoordelingen te negeren.
+
+Merk op dat deze analyse veel tijd in beslag neemt, vermits het een iteratief proces is. Je kunt lange wachttijden
+verwachten.
+